Kruimelpad
Artikel 126 uit Kinderbijslagwet werknemers
Historiek
Het O.K.B. van 22.12.1938, art. 360 (B.S. 4.2.1939 ; Err. B.S. 11 en 26.2.1939), van kracht vanaf 14.2.1939, heeft een art. 73quater, b ingevoegd, luidend als volgt :
"De Commissie van advies inzake controle en betwiste zaken zal bestaan uit :
a) een beheerder van de Nationale Compensatiekas voor gezinsvergoedingen ;
b) een beheerder van de Nationale Onderlinge Kas voor kindertoeslagen ;
c) een lid van het Coördinatiecomité waarvan de oprichting is voorzien bij het artikel 250 van het organiek koninklijk besluit van 22 december 1938 ;
d) een beheerder van de Hulpcompensatiekas voor gezinsvergoedingen, die terzelfdertijd beheerder is van de Onderlinge Hulpkas ;
e) een beheerder of de bestuurder van een toegelaten vrije compensatiekas ;
f) een beheerder of de bestuurder van een vrije erkende onderlinge kas ;
g) twee vertegenwoordigers van de Vereeniging van kassen voor kindertoeslagen ;
h) twee vertegenwoordigers van elk der twee meest representatieve beroeps¬organisaties van werklieden of bedienden ;
i) een vertegenwoordiger van elk der twee meest representatieve organisaties van landbouwers ;
j) twee vertegenwoordigers van het Bestendig Bureau van de Kamers van Ambachten en Neringen ;
k) twee vertegenwoordigers van den Bond der Kroostrijke Gezinnen van België ;
l) een magistraat of gewezen magistraat ofwel een rechtsgeleerde, speciaal in economische en sociale wetenschappen onderlegd.
Het hoofd van de bevoegde administratie van het Ministerie van Arbeid en Sociale Voorzorg is rechtens lid. De andere leden worden bij koninklijk besluit aangeduid.
Het onder letter l beoogd lid neemt het voorzitterschap waar.
Het koninklijk besluit dat de effectieve leden aanduidt voegt aan deze, terzelfdertijd, een of, eventueel, twee plaatsvervangers toe.
Anderzijds, duidt hij als ondervoorzitter een persoon aan, die aan dezelfde voorwaarden als de voorzitter beantwoordt.
(...)."
Het K.B. van 2.9.1939, art. 4 (B.S. 11/12.9.1939 ; Err. B.S. 21.10 en 12/14.11.1939), dat uitwerking had vanaf 14.2.1939, heeft in artikel 126 :
- littera i als volgt gewijzigd :
"i) Een vertegenwoordiger van elk der drie meest representatieve organisaties van landbouwers;"
- het 2de lid als volgt gewijzigd :
"De directeur-generaal der Sociale Voorzorg in het Ministerie van Arbeid en Sociale Voorzorg en het hoofd van den Dienst voor kindertoeslagen in hetzelfde departement zijn rechtens leden. De andere leden worden aangeduid bij koninklijk besluit."
- de voorlaatste alinea als volgt gewijzigd :
"Het secretariaat bestaat uit een secretaris en drie adjunct-secretarissen, door den Minister van Arbeid en Sociale Voorzorg aangeduid."