Kruimelpad
Artikel 149 uit Kinderbijslagwet werknemers
Historiek
Het O.K.B. van 22.12.1938, art. 358 (B.S. 4.2.1939 ; Err. B.S. van 11 en 26.2.1939), van kracht vanaf 14.02.1939, heeft het artikel als volgt gewijzigd :
"De Rijks- en provinciebeambten die met de uitkeering van de gezinsvergoedingen zijn belast of daaraan medewerken alsmede de bedienden en daartoe aangestelden van de bijzondere compensatiekassen, in uitvoering van artikel 16bis tot stand gebracht, dienen, wanneer hun dit wordt gevraagd, aan de door den Minister van Arbeid en Sociale Voorzorg aangestelde controleurs de inlichtingen te verstrekken, welke deze noodig hebben om zich van hun opdracht te kwijten.
Dezelfde verplichting berust op de bedienden :
1° van de Nationale Maatschappij der Spoorwegen, van de Regie van Telegrafen en Telefonen, van het Nationaal Instituut voor radio-omroep en van de andere zelfstandige regieën ;
2° van de Nationale Dienst voor arbeidsbemiddeling en werkloosheid ;
3° van de openbare instellingen.
Indien zij er om vragen, zullen de door den Minister van Arbeid en Sociale Voorzorg aangestelde controleurs in staat worden gesteld, zonder verplaatsing, de lijsten of registers in te zien betreffende :
a) de leden in actieven dienst of gepensioneerde leden van het personeel die, in uitvoering van deze wet, gezinsvergoedingen genieten ;
b) de leden van het gepensioneerd personeel aan wie, in uitvoering van wettelijke of reglementaire bepalingen buiten die van deze wet en van het organiek koninklijk besluit van 23 december 1938, gezinsvergoedingen worden verleend ;
c) de personen die van het personeel geen deel uitmaken en aan wie, onder de bij letter b voorziene voorwaarden, gezinsvergoedingen worden toegekend."