Artikel 24 uit Kinderbijslagwet werknemers
Historiek
Het K.B. nr. 290 van 30.03.1936, art. 1 (B.S. 07.04.1936; Err. B.S. 24.04.1936), van kracht vanaf 01.07.1936, heeft art. 11 vervangen door de volgende bepaling:
"Een koninklijk besluit zal de reglementen bepalen die, in elk geval, aan de statuten moeten gehecht zijn, bij het indienen van de aanvraag tot toelating.
De straffen die de aangesloten werkgevers alsmede de personen, aan wie de vergoedingen verschuldigd zijn of moeten uitbetaald worden, desgevallend zullen oploopen, namelijk in geval van bedrog, zullen het voorwerp uitmaken van een bijzonder reglement dat moet aangenomen worden, 't zij door de algemeene vergadering der leden, 't zij door den daartoe gemachtigden beheerraad.
Deze straffen, dienen wezenlijk te worden toegepast, onverminderd, voor het geval dat bedrog zou zijn gepleegd :
a) De verplichting voor den bedrogpleger, de bijdragen of gedeeltelijke bijdragen welke niet betaald werden te vereffenen of de ten onrechte ontvangen sommen terug te betalen.
b) De vervolgingen vóór de rechtbanken en zoo noodig de veroordeling tot de straffen voorzien bij benedenstaand artikel 64.
Onverminderd het recht om ze te innen door de gewone rechtsmiddelen, mogen de compensatiekassen de sommen die moeten betaalde worden als geldboeten voorzien door het reglement op de strafbepalingen of als ten onrechte ontvangen vergoedingen door de personen aan wie de vergoedingen verschuldigd zijn of moeten worden uitgekeerd, van het bedrag der verdere vergoedingen afhouden.
Nochtans, mogen de afhoudingen, welke geschieden als voornoemde geldboeten, niet hooger zijn dan één vijfde der bij iederen vervaldag uit te keeren vergoedingen en premiën.
De opbrengst der genoemde geldboeten zal voor de helft gestort worden aan de Nationale Compensatiekas voor gezinsvergoedingen, waarvan de oprichting bij artikel 49 is voorzien.
Onverminderd artikel 48bis, alinea 6, zal het overschot door de compensatiekas gebruikt worden om haar beheer- en controlekosten te dekken.
Het reglement aangaande de controle zal maar in voege treden nadat het zal onderworpen geweest zijn aan de "Commissie voor advies betreffende de controle en de betwiste zaken", waarvan de oprichting is voorzien bij artikel 73quater, en na goedkeuring door den bevoegde minister."