Artikel 31 uit Kinderbijslagwet werknemers
Historiek
Artikel 16 van de wet van 04.08.1930(B.S. 04.09.1930), van kracht vanaf 14.09.1930, was als volgt opgesteld :
"In de streken waar de bevolking zeehandel drijft, moeten de ladings- en lossingsondernemingen, alsmede de stuwadoors, in de havens, losplaatsen, stapelplaatsen en stations, in bijzondere compensatiekassen worden gegroepeerd.
Om te kunnen toegelaten worden, moeten die kassen als aangeslotenen de meerderheid omvatten van de in de streek gevestigde belanghebbende werkgevers.
Is die voorwaarde niet vervuld, dan worden zij ambtshalve bij koninklijk besluit tot stand gebracht en ingericht.
Zoodra een bijzondere kas is tot stand gekomen, maken al de betrokken werkgevers ervan van rechtswege deel uit.
Bij koninklijk besluit kan het bij dit artikel bepaald stelsel uitgebreid worden tot :
1° alle categorieën van werkgevers waar het personeel, zooniet doorgaans, dan toch dikwijls, per dag wordt aangeworven ;
2° de werkgevers der personen waarvan sprake in artikel 2, 1°, 5°, 6° en 7°, en, in het algemeen, alle categorieën van ondernemingen, waarin de arbeiders dikwijls bij verscheidene werkgevers werkzaam zijn ;
3° de exploitanten van ondernemingen van vervoer te water.
Vooraf, raadpleegt de Koning de commissie voor gezinsvergoeding alsmede de beroepsvereenigingen, waarbij de belanghebbende werkgevers behooren."