Artikel 76bis uit Kinderbijslagwet werknemers

Het K.B. van 10.4.1957, art. 14 (B.S. 15 en 16.4.1957), dat uitwerking had vanaf 1.4.1957, heeft een artikel 76bis ingelast, luidend als volgt :
"De bedragen der kinder- en geboortebijslagen worden verhoogd met 5 pct. wanneer het indexcijfer der kleinhandelsprijzen 110 punten bereikt. Een nieuwe verhoging met 5 pct. wordt toegepast bij elke stijging van het indexcijfer met 5 pct. ten opzichte van het indexcijfer dat aanleiding was tot de vorige verhoging.
Diezelfde bedragen worden met 5 pct. verminderd, wanneer het indexcijfer van de kleinhandelsprijzen beneden 100 punten daalt. Een nieuwe vermindering met 5 pct. wordt toegepast telkens wanneer het indexcijfer 5 pct. lager komt te liggen dan het indexcijfer dat aanleiding was tot de vorige vermindering.
Daalt het indexcijfer beneden het cijfer dat een verhoging heeft gerechtvaardigd in toepassing van lid 1, of stijgt het tot boven het cijfer dat een vermindering heeft gerechtvaardigd in toepassing van lid 1, of stijgt het tot boven het cijfer dat een vermindering heeft gerechtvaardigd in toepassing van lid 2, dan worden de bedragen van de kinder- en geboortebijslagen opnieuw gesteld op het bedrag dat oorspronkelijk met die indexcijfers overeenstemde.
De verhogingen en verlagingen bedoeld in de voorgaande alinea's worden toegepast de eerste dag van de tweede maand welke volgt op die waarin het indexcijfer het peil bereikt dat er aanleiding toe geeft."