Kruimelpad
CO 1383 bijlage 10 van 27 oktober 2016 - Overzicht van de hervorming van de gezinsbijslagregeling in Luxemburg
Tekst
Gelieve goed nota te nemen van de belangrijkste wijzigingen aan de Luxemburgse gezinsbijslagregeling ingevolge de Luxemburgse wet van 23 juli 2016 tot wijziging van het wetboek van sociale zekerheid en opheffing van de boni voor kinderen die in Mémorial1 A nr. 138 van 2016 is verschenen en op 1 augustus 2016 in werking is getreden.
Deze wet hervormt de gezinsbijslagregeling in Luxemburg en vormt het eindpunt van een lang proces dat bijna drie decennia geleden werd opgestart.
De wijzigingen hebben op de volgende punten betrekking:
- Operator
- Rechtgevende kinderen
- Bijslag en bedragen
- Leeftijdsgrens
- Verjaringstermijnen
- Aansluitingsvoorwaarde voor uitzendkrachten
1. Operator
De voormalige Caisse nationale des prestations familiales (CNPF) heet voortaan zukunfskees of Caisse pour l'avenir des enfants (CAE).
De gegevens van het CAE zijn dezelfde als het voormalige CNPF.
2. Rechtgevende kinderen
De kinderen die wettelijk in Luxemburg verblijven hebben recht op kinderbijslag. De kinderen die niet in Luxemburg verblijven moeten gezinsleden zijn van de werknemer die zijn activiteit in het Groothertogdom Luxemburg uitoefent.
In artikel 270 van het Code de la sécurité sociale worden "membre de la famille" (gezinsleden) gedefinieerd als echtelijke, buitenechtelijke en geadopteerde kinderen van de persoon die in Luxemburg werkt en op basis daarvan een recht op gezinsbijslag verkrijgt.
Het personeel toepassingsgebied is in vergelijking met de oude regeling drastisch verminderd aangezien het recht op kinderbijslag voordien verkregen kon worden voor de kinderen die verwant zijn met de werknemer of zijn partner en alle in zijn gezin opgevoede kinderen.
Het recht op gezinsbijslag kan nu enkel verkregen worden door de eigen en geadopteerde kinderen van de werknemer, terwijl de kinderen van de echtgenoot van de werknemer en de bij een werknemer geplaatste kinderen van de regeling zijn uitgesloten.
Noteert u dat het begrip "groupe familial", met de bijbehorende oplopende bedragen niet langer wordt vermeld.
Merkt u ten slotte op dat het begrip "charge principale", dat in de oude regeling bestond, geschrapt is. Werknemers kunnen bijgevolg een recht op kinderbijslag verkrijgen voor hun eigen kinderen, ongeacht of die van hun gezin deel uitmaken, zonder dat ze nog moeten aantonen dat ze die hoofdzakelijk ten laste hebben.
Invoering van de maatregel:
De wijzigingen traden op 1 augustus 2016 in werking.
Bij verlies van het recht gaan ook de verworven rechten verloren 2 /3 . Er geldt ook geen terugwerkende kracht4 als na 1 augustus 2016 een recht verkregen wordt.
Impact op de Belgische gezinnen:
Het rechtstreeks gevolg van de nieuwe regeling voor de personen die niet in Luxemburg verblijven is dat kinderen van echtgenoten of partners sinds 1 augustus 2016 geen Luxemburgse kinderbijslag meer kunnen krijgen omdat ze niet langer als gezinsleden worden beschouwd.
Die categorie kinderen zal dus nooit nog Luxemburgse gezinsbijslag kunnen ontvangen.
Bij uitsluiting moet België controleren of de kinderen in de algemene regeling een recht kunnen verkrijgen5 . Als een dergelijk recht niet verkregen kan worden, zal het koninklijk besluit van 13 maart 2001 tot uitvoering van artikel 102, § 1, eerste lid, van de samengeordende wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders6 toegepast kunnen worden. Op basis daarvan kan kinderbijslag voor grensarbeiders betaald worden als overeenkomstig andere Belgische of buitenlandse wetsbepalingen of reglementaire bepalingen of bepalingen die gelden voor het personeel van een instelling van internationaal publiek recht geen recht verkregen kan worden.
3. Bijslag en bedragen
Bij de nieuwe wetgeving zijn wijzigingen aangebracht op het vlak van:
- de kinderbijslag
- de l'allocation de rentrée scolaire (jaarlijkse bijslag)
- de l'allocation spéciale supplémentaire (bijzondere bijkomende bijslag)
- het kraamgeld
- des chèques service d'accueil (bijstandsdienstencheques)
a) Kinderbijslag
Het van 185,60 euro voor het eerste kind tot 333,55 euro voor het tiende kind oplopend bedrag is opgeheven en vervangen door een algemeen basisbedrag van 265 euro per kind en per maand voor alle kinderen die in de nieuwe regeling worden opgenomen (nieuw artikel 272).
De boni pour enfant7 / 8 (kindbonus), die 76,88 euro per kind bedroeg, bestaat niet langer in de nieuwe regeling en is in het algemeen bedrag van 265 euro opgenomen.
Er wordt voortaan maandelijks 20 euro toegevoegd aan het basisbedrag voor alle kinderen vanaf de maand waarin ze zes jaar worden en 50 euro voor alle kinderen vanaf de maand waarin ze twaalf jaar worden. De oude regeling bevatte daarentegen een leeftijdsbijslag van 16,17 euro voor de rechtgevenden van meer dan zes jaar en 48,52 euro voor de rechtgevenden van meer dan twaalf jaar9 .
Invoering van de maatregel
In de nieuwe wetgeving is een overgangsregeling opgenomen voor het basisbedrag aangezien de wijziging enkel betrekking heeft op de kinderen die na 31 juli 2016 een recht op gezinsbijslag verkrijgen. De rechtgevende kinderen die voor 1 augustus 2016 kinderbijslag ontvingen, zullen immers in principe tot het einde van hun schooltijd maar in ieder geval tot ze maximum10 / 11 25 jaar12 zijn een vastgelegd bedrag blijven ontvangen dat bestaat uit het basisbedrag vermeerderd met de boni.
Alle kinderen die kinderbijslag ontvangen13 krijgen daarentegen vanaf 1 augustus 2016 de hogere leeftijdsbijslag (20 en 50 euro)14 .
Het Algemeen Bestuur wijst de leden er overigens op dat:
- de gezinnen met slechts een kind automatisch naar de nieuwe regeling overgaan en het algemeen bedrag van 265 euro ontvangen
- de kinderen die in de nieuwe regelingen worden opgenomen niet gegroepeerd worden met de kinderen die nog onder de oude regeling vallen
- als het recht onderbroken wordt15 nadat de wet in werking is getreden, de opnieuw rechtgevende kinderen naar de nieuwe regeling overgaan en het algemeen bedrag van 265 euro ontvangen.
Impact op de gezinnen
De overgangsmaatregel heeft tot doel de gezinnen te vrijwaren door de bedragen te behouden waarop ze voor de hervorming hun uitgaven voor de kinderen op baseerden.16
Kinderen van grote gezinnen die vanaf 1 augustus 2016 onder de regeling vallen zullen minder ontvangen dan de gezinnen die op die datum al onder de regeling vallen zullen blijven ontvangen.
Toelichting
Bijslag voor de hervorming17 en voor de gezinnen in de regeling voor 1 augustus 2016 | Bijslag na de hervorming18 | ||||||
Kinderen | Bedrag per kind | Boni per kind | Totaal | Totaal per gezin | Bedrag per kind | Totaal | |
1 | € 185,60 | € 76,88 | € 262,48 | € 262,48 | 1 kind | € 265 | € 265 |
2 | € 220,58 | € 76,88 | € 297,24 | € 594,48 | 2 kinderen | € 265 | € 530 |
3 | € 267,58 | € 76,88 | € 344,02 | € 1033,38 | 3 kinderen | € 265 | € 795 |
4 | € 291,14 | € 76,88 | € 368,02 | € 1472,08 | 4 kinderen | € 265 | € 1060 |
Onthoudt u dus dat de hervorming geen rechtstreeks zuiver financieel verlies betekent voor de rechtgevende kinderen die al onder de regeling vielen en er blijven onder vallen19 aangezien de bedragen voor hen in principe zijn vastgezet 20 , en zelfs verhoogd, aangezien enerzijds de aan de kinderen die in de oude regeling blijven toegekende leeftijdsbijslag op de nieuwe bedragen is afgestemd21 en anderzijds enige kinderen rechtstreeks naar de nieuwe regeling overgaan.
Merkt u op dat als een kind dat onder de oude regeling valt niet langer kinderbijslag ontvangt, de kinderbijslag van het gezin verminderd wordt met het deel dat het kind vertegenwoordigt dat niet langer onder de regeling valt.
Concreet voorbeeld
Gezin met twee kinderen (oude regeling):
€ 440,72 (kinderbijslag) + € 153,76 (boni voor twee kinderen) = € 594,48.
Als een van de kinderen niet langer recht op kinderbijslag heeft, behoudt het gezin de helft van het vastgelegde bedrag => € 594,48 /2 = € 297,24.
Als na de hervorming een derde kind geboren wordt, wordt het vastgelegd en behouden algemeen bedrag van € 265 toegevoegd.
Totaal: € 297,24 + € 265 = € 562,24
b) Allocation de rentrée scolaire
Bij artikel 275 worden de oude artikelen 274 en 275 gewijzigd. Daarin was een verschillend bedrag van de allocation de rentrée scolaire vastgelegd naargelang de leeftijd en groepering van de kinderen.
De allocation de rentrée scolaire verschilt voortaan niet langer naargelang het aantal kinderen. Hij ligt nu vast op 115 euro voor de kinderen van meer dan zes jaar en 235 euro voor de kinderen van meer dan twaalf jaar.
Invoering van de maatregel
Die nieuwe bedragen gelden vanaf augustus 2016 voor alle rechtgevende kinderen, ongeacht of ze onder de oude of de nieuwe regeling vallen.
Impact op de gezinnen
De gezinnen met meer dan een kind gaan er financieel op achteruit.
Toelichting
Kinderen | Oude bedragen 6 tot 11 jaat |
Oude bedragen Ouder dan 12 jaar |
Nieuwe bedragen 6 tot 11 jaar |
Nieuwe bedragen Ouder dan 12 jaar |
1 | € 113,15 | € 161,67 | € 115,00 | € 235,00 |
2 | € 194,02 | € 242,47 | € 115,00 | € 235,00 |
3 | € 274,82 | € 323,34 | € 115,00 | € 235,00 |
4 | € 274,82 | € 323,34 | € 115,00 | € 235,00 |
c) L'allocation spéciale supplémentaire
Het doel van deze bijslag is tegemoetkomen aan de bijkomende lasten wegens de handicap van een kind.
Bij artikel 274 is het oude artikel 272 gewijzigd.
Het bedrag van de allocation spéciale supplémentaire voor kinderen met een handicap stijgt van € 185,60 naar € 200.
Er bestaat voortaan niet langer een anticumulatiebepaling met de RPGH – regeling voor personen met een handicap of gelijksoortige buitenlandse inkomsten.
De enige voorwaarden zijn een recht op kinderbijslag hebben en een attest van de handicap kunnen voorleggen.
De bijslag wordt tot de volle leeftijd van 18 jaar22 toegekend en blijft tot de volle leeftijd van 25 jaar behouden (voordien tot de volle leeftijd van 27 jaar)23 als het kind studeert.
Invoering van de maatregel
De wijzigingen gelden sinds 1 augustus 2016 voor alle rechtgevenden, dus zowel de oude als de nieuwe kinderen met recht op de allocation spéciale supplémentaire.
Impact op de gezinnen
Deze maatregel is voordelig voor de gezinnen aangezien ze een hoger bedrag zullen ontvangen.
d) Kraamgeld
Het Luxemburgse kraamgeld bedraagt 1740,09 euro. Het wordt op aanvraag in drie delen van 580,03 euro betaald (de allocation prénatale (kraamgeld tijdens de zwangerschap), het werkelijke kraamgeld en de allocation postnatale (kraamgeld na de zwangerschap)).
Bij de nieuwe artikelen 314 en 315 is vastgelegd dat enkel bij een onverschuldigd bedrag ten opzichte van het CAE die bijslagen kunnen worden overgedragen of dat er beslag op kan worden gelegd.
Ter herinnering, het kraamgeld tussen België en Luxemburg wordt niet uitgevoerd24 .
e) Chèque service d'accueil (CSA)
De CSA is een bijstandsmaatregel van de staat en de gemeenten om gezinnen de kans te bieden hun gezins- en hun beroepsleven zo goed mogelijk op elkaar af te stemmen.
Hij beoogt alle kinderen van nul tot twaalf jaar.
Sinds 5 september 2016 hebben werknemers die niet in Luxemburg verblijven en dus ook Belgische grensarbeiders recht op dat voordeel.
4. Leeftijdsgrens
Bij het nieuwe artikel 271 blijft het onvoorwaardelijk recht tot en met 18 jaar behouden.
Vanaf 18 jaar wordt de kinderbijslag toegekend tot 31 juli, jaarlijks te verlengen op aanvraag met bijgevoegd schoolattest.
Voor kinderen die voortstuderen is de leeftijdsgrens om kinderbijslag te ontvangen verlaagd tot de volle leeftijd van 25 jaar, terwijl die grens bij het oude artikel 271 op de volle leeftijd van 27 jaar was vastgelegd25 .
Bij het nieuwe artikel 271 zijn ook de voorwaarden vastgelegd om het recht op kinderbijslag tot en met 25 jaar te behouden.
Merkt u een versoepeling van de studievoorwaarden vanaf 18 jaar op. Terwijl in de oude regeling veel jongeren niet langer kinderbijslag ontvingen hoewelze hun middelbare studies voortzetten, omdat in de reglementering was vastgelegd dat die studies moesten leiden tot een diploma middelbaar onderwijs of daaraan gelijkgesteld, is die voorwaarde nu immers geschrapt en werd het begrip studies op basis waarvan het recht op kinderbijslag behouden kan worden uitgebreid. De mogelijke studievormen zijn nu middelbare studies, études secondaires techniques of daaraan gelijkgesteld, aan de capaciteiten van het kind aangepaste studies of opleidingen en leerovereenkomsten.
Het recht wordt behouden als een kind als hoofdbezigheid minstens 24 uur per week in een Luxemburgse onderwijsinstelling of in het buitenland voortstudeert.
Ter herinnering: kinderen van meer dan 18 jaar die hogere studies volgen sinds 1 januari 2010 hebben niet langer recht op kinderbijslag26 . Die bijslag werd immers vervangen door een regeling waarbij studiebeurzen via het CEDIES27 aan kinderen worden toegekend28 .
5. Verjaringstermijnen
Bij artikel 213 is het oude artikel 313 gewijzigd. De verjaringstermijn voor het betalen van achterstallen gaat van twee naar een jaar.
De in artikel 315 vastgelegde verjaringstermijn om een onverschuldigd bedrag vast te stellen en terug te vorderen gaat van het voordien geldende 30 jaar naar 10 jaar.
Door de termijn in te korten waarover het Luxemburgse fonds beschikt om een onverschuldigd bedrag terug te vorderen, wordt tegemoetgekomen aan een aanbeveling van de Ombudsman om de heel lange periode van rechtsonzekerheid voor de gezinnen weg te werken.
6. Aansluitingsvoorwaarde voor uitzendkrachten
De regels voor een geldige aansluiting om een recht op kinderbijslag te kunnen verkrijgen werden gewijzigd.
Werknemers moeten voortaan in elke maand voldoende lang aangesloten zijn, dus de helft van een maand plus een dag.
Ter herinnering, in de oude wetgeving moesten werknemers enkel op de eerste dag van een maand aangesloten zijn om een recht op gezinsbijslag te kunnen verkrijgen.
Impact op de gezinnen
Bij uitsluiting moet België controleren of de kinderen in de algemene regeling een recht kunnen verkrijgen29 . Als een dergelijk recht niet verkregen kan worden, zal, zoals vermeld in punt 2 hierboven, het KB van 13 maart 2001 tot uitvoering van artikel 102, § 1, eerste lid, van de samengeordende wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders30 toegepast kunnen worden.
Als samenvatting onthoudt u het volgende:
- Enkel de eigen of geadopteerde kinderen van werknemers hebben voortaan recht op kinderbijslag.
- De situatie van de kinderen die al kinderbijslag ontvingen is vastgezet. Enkel de enige kinderen gaan rechtstreeks naar de nieuwe regeling over.
- Nieuwe kinderen die in de regeling worden opgenomen vallen onmiddellijk onder de nieuwe maatregelen.
- Als het recht op gezinsbijslag onderbroken en opnieuw verkregen wordt, gaan de kinderen in kwestie onmiddellijk naar de nieuwe regeling over.
- Enkel als Belgische uitzendkrachten voldoende lang aangesloten zijn kan Luxemburgse kinderbijslag naar België worden uitgevoerd.
- 1Tegenhanger van het Belgisch Staatsblad.
- 2De kinderen die niet langer deel uitmaken van de regeling omdat ze niet langer onder het personeel toepassingsgebied vallen, kunnen niet op hun situatie van voor 1 augustus 2016 terugvallen.
- 3Als het recht op kinderbijslag na 1 augustus 2016 onderbroken wordt, zullen kinderen die daarna opnieuw recht hebben op kinderbijslag het algemeen bedrag van 265 euro ontvangen.
- 4Voorbeeld: kinderen die geen deel uitmaken van het gezin hebben vanaf 1 augustus 2016 recht op kinderbijslag. Dat recht heeft geen terugwerkende kracht.
- 5Voorbeeld: een recht voor een kind dat geen deel uitmaakt van het gezin.
- 6Lees Algemene Kinderbijslagwet.
- 7De boni pour enfant was een toeslag die sinds 2008 voor elk rechtgevend kind werd toegekend aan gezinnen die onder de Luxemburgse belasting vallen. Het doel van de toeslag was tegemoetkomen aan de opheffing van de belastingsvermindering voor kinderen ten laste op fiscaal niveau.
- 8Ter herinnering, de boni pour enfant (oorspronkelijk een fiscale maatregel) werd als gevolg van arrest C177/12 van het Hof van Justitie van de Europese Unie in gezinsbijslag omgezet.
- 9De aan de in de oude regeling blijvende kinderen toegekende leeftijdsbijslag is op de nieuwe bedragen afgestemd. Dus 20 euro en 50 euro in plaats van 16,17 euro en 48,52 euro.
- 10De leeftijdsgrens die daarbij in de oude regeling gold is bij de hervorming over het algemeen verlaagd.
- 11Tenzij ze ervoor uit de regeling verdwijnen.
- 12Tot 27 jaar voor de hervorming.
- 13Diegenen die in de oude regeling blijven en diegenen die onder de nieuwe vallen.
- 14 Ter herinnering, in de oude regeling bedroegen de leeftijdsbijslagen 16,17 euro en 48,52 euro.
- 15Voorbeeld: bij meer dan zestien dagen werkonderbreking.
- 16Daarbij wordt geen rekening gehouden met de kinderen die uit de regeling zijn uitgesloten!
- 17In deze tabel wordt geen rekening gehouden met de maandelijkse verhogingen vanaf zes en twaalf jaar die wegens de hervorming in de oude en de nieuwe regeling hetzelfde bedragen.
- 18In deze tabel wordt geen rekening gehouden met de maandelijkse verhogingen vanaf zes en twaalf jaar die wegens de hervorming in de oude en de nieuwe regeling hetzelfde bedragen.
- 19Aangezien ze nog steeds deel uitmaken van de categorieën waar voortaan rekening mee wordt gehouden (voldoen aan de verwantschapsvoorwaarde tussen het kind en de werknemer).
- 20Ter herinnering, als het recht onderbroken wordt, gaat het opnieuw rechtgevend kind naar de nieuwe regeling over.
- 21Dus 20 euro en 50 euro in plaats van 16,17 euro en 48,52 euro.
- 22Inclusief de maand waarin de verjaardag valt.
- 23Dezelfde leeftijdsgrenzen als voor de basiskinderbijslag
- 24Op 16 november 1959 hebben België en Luxemburg een overeenkomst ondertekend waarin is vastgelegd dat de staat waarin de grensarbeider verblijft die bijslag moet betalen.
- 25Luxemburg beschouwt die daling van 27 naar 25 jaar als een aanpassing aan de werkelijkheid aangezien jongeren van meer dan 25 jaar op andere soorten uitkeringen recht hebben (beurzen, gegarandeerd minimuminkomen etc.)
- 26Zie doc. BC 11564 van 11 januari 2011.
- 27Centre de Documentation et d'Information sur l'Enseignement Supérieur.
- 28Wegens een wetshervorming worden die studiebeurzen sinds 2014 ook aan kinderen van grensarbeiders toegekend.
- 29Voorbeeld: een recht voor een kind dat geen deel uitmaakt van het gezin.
- 30Lees Algemene Kinderbijslagwet.