Geef een zoekwoord in, en selecteer indien gewenst een filter.
Indien je zoekterm bestaat uit meerdere woorden, zet je deze tussen aanhalingstekens (“). Op meerdere termen tegelijk zoeken, kan door het gebruik van een komma.

Forfaitaire pleegzorgbijslag voor kinderen die reeds geplaatst waren in een pleeggezin vóór 1/1/2019

    Een rechtgevend kind dat recht geeft op kinderbijslag in de kinderbijslagreglementering en dat vóór 1 januari 2019 geplaatst is bij een particulier door bemiddeling van of ten laste van een overheidsinstantie, blijft recht geven op een forfaitaire pleegzorgbijslag van 61,79 euro*, zolang er geen wijziging in de plaatsing in het pleeggezin plaatsvindt.

    *Raadpleeg de geïndexeerde bedragen op de website Groeipakket.

    Aandachtspunt:
    Bij de kinderen uit de overgangsregeling wordt de term pleegzorgbijslag gebruikt.
    Bij de kinderen uit het Groeipakket gebruikt men de term pleegzorgtoeslag.

    De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels wanneer de oorspronkelijke begunstigde niet langer regelmatig contact onderhoudt met of belangstelling toont voor het kind, overeenkomstig de toepassing van artikel 70ter AKBW.

    De forfaitaire bijslag kan verder uitbetaald worden ongeacht of het kind geplaatst werd in een pleeggezin door een Belgische of een buitenlandse overheid.
    Bij plaatsing door een buitenlandse overheid geldt de ontvangst van de kopie van het vonnis van plaatsing als een geldige mededeling.
    Gebeurde de plaatsing door een buitenlandse overheid dan dient de volgende bijkomende voorwaarde vervuld te zijn: de bijslagtrekker van de forfaitaire bijslag mag geen exporteerbare bijslag voor dit kind ontvangen van een buitenlandse staat.

    De bijslagtrekkende die de forfaitaire pleegzorgbijslag geniet, blijft deze bijslag ontvangen zolang de toekenning ervan niet wordt herroepen.

    Art. 219 Groeipakketdecreet

    Wat indien er geen regelmatig contact is tussen de bijslagtrekkende van de forfaitaire pleegzorgbijslag en het kind?

    De forfaitaire pleegzorgbijslag is verschuldigd aan de bijslagtrekkende die de kinderbijslag voor het geplaatste kind ontving onmiddellijk voor de plaatsing, zo lang die regelmatig contact onderhoudt met of belangstelling toont voor het kind.

    De uitbetalingsactor kent de forfaitaire pleegzorgbijslag niet langer toe als de plaatsende overheid haar laat weten dat de bijslagtrekkende geen regelmatig contact meer onderhoudt met het kind of geen belangstelling toont voor het kind. In dat geval wordt de betaling van de forfaitaire pleegzorgbijslag stopgezet vanaf de maand die volgt op de maand waarin de uitbetalingsactor de desbetreffende beslissing van de plaatsende overheid heeft ontvangen.  

    Indien de uitbetalingsactor kennis neemt van feiten of verklaringen (bv vaststelling van verlaten wees, detinering van de bijslagtrekkende ...)  waaruit blijkt dat er geen regelmatig contact meer is tussen het geplaatste kind en de bijslagtrekkende van de forfaitaire pleegzorgbijslag of dat er een gebrek is aan belangstelling vanwege de bijslagtrekkende voor het kind, dan geeft de uitbetalingsactor deze informatie door aan de plaatsende overheid.
    De betaling van de pleegzorgtoeslag wordt verdergezet zolang er geen bericht van de plaatsende overheid wordt ontvangen.

    Art. 52, §2, §3 en §4 BVR Zorgtoeslagen

    Datum laatste bijwerking
    Top