Geef een zoekwoord in, en selecteer indien gewenst een filter.
Indien je zoekterm bestaat uit meerdere woorden, zet je deze tussen aanhalingstekens (“). Op meerdere termen tegelijk zoeken, kan door het gebruik van een komma.

Mededeling van de FOD Sociale Zekerheid nr. 619 van 1 oktober 2015 - Overeenkomst betreffende de sociale zekerheid tussen het Koninkrijk België en Montenegro

    Overeenkomst betreffende de sociale zekerheid tussen het Koninkrijk België en Montenegro1

    Het Koninkrijk België en Montenegro zijn de hierna volgende bepalingen overeengekomen op het vlak van de gezinsbijslagregeling (zie tekst in bijlage 1)2 .

    1. TOEPASSINGSGEBIED

    Deze Overeenkomst is van toepassing op de personen (ongeacht de nationaliteit) op wie de wetgeving van een van beide of van beide overeenkomstsluitende Staten van toepassing is of geweest is, alsmede op hun gezinsleden en hun nagelaten betrekkingen3 .

    Onder “gezinsbijslag” wordt verstaan in de Overeenkomst4 :

    • Voor Montenegro : de periodieke uitkeringen toegekend ingevolge de wetgeving van Montenegro;

    • Voor België : de periodieke uitkeringen toegekend op grond van het aantal kinderen en hun leeftijd, met uitsluiting van alle andere aanvullingen of verhogingen5 .

    2. UITVOER VAN KINDERBIJSLAG

    Deze kinderbijslag, verschuldigd voor kinderen die in Montenegro wonen, moet betaald worden aan de bedragen en de voorwaarden van de Algemene kinderbijslagwet6 , wanneer deze verschuldigd is7 :

    • uit hoofde van personen op wie de Belgische wetgeving van toepassing is8 ;

    • uit hoofde van de rechthebbende op een prestatie of rente inzake ouderdom, invaliditeit, een arbeidsongeval of een beroepsziekte enkel verschuldigd krachtens de Belgische wetgeving;

    • uit hoofde van de rechthebbende op een prestatie of rente inzake ouderdom, invaliditeit, een arbeidsongeval of een beroepsziekte verschuldigd krachtens de Belgische wetgeving en de Servische wetgeving, die in België woont;

    • uit hoofde van een overleden werknemer of zelfstandige die laatst onderworpen was aan de Belgische wetgeving en onder de bij deze wetgeving bedoelde voorwaarden.

    3. INVOER VAN KINDERBIJSLAG

    Omgekeerd moet deze kinderbijslag die verschuldigd is voor kinderen die in België wonen, betaald worden aan de bedragen en de voorwaarden van de wetgeving van Montenegro inzake kinderbijslag, wanneer deze verschuldigd is :

    • uit hoofde van personen op wie de wetgeving van Montenegro van toepassing is;

    • uit hoofde van de rechthebbende op een prestatie of rente inzake ouderdom, invaliditeit, een arbeidsongeval of een beroepsziekte enkel verschuldigd krachtens de wetgeving van Montenegro ;

    • uit hoofde van de rechthebbende op een prestatie of rente inzake ouderdom, invaliditeit, een arbeidsongeval of een beroepsziekte verschuldigd krachtens de Belgische wetgeving en de wetgeving van Montenegro, die in Montenegro woont;

    • uit hoofde van een overleden werknemer of zelfstandige die laatst onderworpen was aan de wetgeving van Montenegro en onder de bij deze wetgeving bedoelde voorwaarden.

    Niettegenstaande de voormelde principes onder de punten 2. en 3., wanneer een recht op gezinsbijslag bestaat in België en in Montenegro, wordt de Staat waar het kind woont beschouwd als de bevoegde Staat, die de gezinsbijslag verleend krachtens zijn wetgeving, ten laste heeft9 .

    4. SAMENTELLING TIJDVAKKEN VAN VERZEKERING

    Om rechthebbende op Belgische kinderbijslag te zijn op basis van de Algemene kinderbijslagwet, moet de werknemer in bepaalde gevallen voldaan hebben aan de voorwaarden om aanspraak te kunnen maken op tenminste zes maandelijkse forfaitaire kinderbijslagen op basis van deze wet, tijdens twaalf maanden onmiddellijk voorafgaand aan een bepaalde gebeurtenisMen kan hierbij rekening houden met de verzekeringstijdvakken vervuld onder de wetgeving van Montenegro10 .

    5. INWERKINGTREDING11 .

    Deze Overeenkomst treedt in werking op 1 juni 2014. Op de dag van inwerkingtreding van deze Overeenkomst houdt, wat betreft de betrekkingen tussen de beide overeenkomstsluitende Staten, het Verdrag betreffende de sociale zekerheid, op 1 november 1954 ondertekend tussen de Federatieve Volksrepubliek Joegoslavië en het Koninkrijk België, op te bestaan en wordt vervangen door onderhavige Overeenkomst.

    De dossiers die behandeld zijn overeenkomstig het voormelde Verdrag betreffende de sociale zekerheid van 1 november 1954 of in uitvoering van een toegekende afwijking12 en die leiden tot een uitbetaling na 31 mei 2014, moeten herzien worden in de mate dat ze onder het toepassingsgebied vallen van de huidige Overeenkomst betreffende de sociale zekerheid tussen het Koninkrijk België en Montenegro, opgemaakt te Brussel op 9 juni 2010.

    IN ’T KORT
    Overeenkomst betreffende de sociale zekerheid tussen het Koninkrijk België en Montenegro, opgemaakt te Brussel op 9 juni 2010 :
    • Toekenning van de kinderbijslag aan de bedragen en de voorwaarden van de Algemene kinderbijslagwet13 ten gunste van kinderen die in Montenegro wonen.
       

    Datum van inwerkingtreding van de Overeenkomst: 1 juni 2014.

    • 1Wet van 28 februari 2014 houdende instemming met de Overeenkomst betreffende de sociale zekerheid tussen het Koninkrijk België en Montenegro, opgemaakt te Brussel op 9 juni 2010 (Belgisch Staatsblad van 22 mei 2014).
    • 2De Administratieve schikking van 26 mei 2014 betreffende de toepassing van de Overeenkomst betreffende de sociale zekerheid tussen het Koninkrijk België en Montenegro (Belgisch Staatsblad van 23 juni 2014, zie tekst in bijlage 2) vermeldt hoofdzakelijk de verbindingsorganen met betrekking tot de verschillende sectoren, bij toepassing van artikel 39 van deze Overeenkomst.
    • 3Artikel 3 van deze Overeenkomst.
    • 4Artikel 1, h) van deze Overeenkomst.
    • 5Dus worden enkel beoogd op het vlak van de Belgische gezinsbijslagregeling : de kinderbijslagbedragen bedoeld in de artikelen 40, 44, 44bis en 44ter van de Algemene kinderbijslagwet.
    • 6Zie voetnoot 4.
    • 7Artikel 36, 2. tot 6. van deze Overeenkomst.
    • 8- Dus al de mogelijke rechthebbenden op kinderbijslag op basis van de Algemene kinderbijslagwet.

      - Artikel 8 van deze Overeenkomst bepaalt ondermeer het volgende :
      In het geval van detachering van de werknemer naar de andere overeenkomstsluitende Staat : De werknemer die, in dienst zijnde van een onderneming die op het grondgebied van een van de overeenkomstsluitende Staten een vestiging heeft waaronder hij normaal ressorteert, door deze onderneming gedetacheerd wordt naar het grondgebied van de andere overeenkomstsluitende Staat om er een werk voor haar rekening uit te voeren, blijft, samen met zijn hem vergezellende gezinsleden, onder de toepassing vallen van de wetgeving van de eerste Staat, alsof hij werkzaam bleef op diens grondgebied, op voorwaarde dat de te verwachten duur van het door hem uit te voeren werk geen vierentwintig maanden overschrijdt en dat hij niet gezonden wordt ter vervanging van een andere persoon wiens detacheringsperiode is afgelopen.  Wanneer deze detachering langer duurt dan 24 maanden, kunnen de bevoegde autoriteiten van beide overeenkomstsluitende Staten of de bevoegde organen aangeduid door deze bevoegde autoriteiten overeenkomen dat enkel de wetgeving van de eerste overeenkomstsluitende Staat van toepassing blijft op de werknemer. Dit akkoord mag evenwel slechts worden toegekend voor een bijkomende periode van ten hoogste zesendertig maanden en moet worden aangevraagd vóór het einde van de aanvankelijke periode van vierentwintig maanden.

      Wanneer een persoon op wie de wetgeving van een overeenkomstsluitende Staat van toepassing is en die gewoonlijk een zelfstandige activiteit uitoefent op het grondgebied van deze overeenkomstsluitende Staat, deze activiteit stopzet en tijdelijk deze activiteit of een gelijkaardige zelfstandige activiteit uitoefent op het grondgebied van de andere overeenkomstsluitende Staat, blijft op deze persoon enkel de wetgeving van de eerste overeenkomstsluitende Staat van toepassing, alsof deze persoon werkzaam bleef op het grondgebied van de eerste overeenkomstsluitende Staat, op voorwaarde dat de te verwachten duur van de zelfstandige activiteit op het grondgebied van de andere overeenkomstsluitende Staat geen vierentwintig maanden overschrijdt.
      Wanneer de zelfstandige activiteit op het grondgebied van de andere overeenkomstsluitende Staat langer duurt dan de aanvankelijke periode van vierentwintig maanden, kunnen de bevoegde autoriteiten van beide overeenkomstsluitende Staten of de bevoegde organen aangeduid door deze bevoegde autoriteiten overeenkomen dat enkel de wetgeving van de eerste overeenkomstsluitende Staat van toepassing blijft op de zelfstandige. Deze verlenging mag evenwel niet worden toegekend voor een periode van meer dan zesendertig maanden en moet worden aangevraagd vóór het einde van de aanvankelijke periode van vierentwintig maanden.

      - Artikel 9 bepaalt het volgende :
      Op ambtenaren en het gelijkgesteld personeel van een overeenkomstsluitende Staat die worden gedetacheerd naar het grondgebied van de andere overeenkomstsluitende Staat om er hun activiteit uit te oefenen, alsook op hun gezinsleden, is de wetgeving van eerstgenoemde Staat van toepassing.

    • 9Artikel 36, 7. van deze Overeenkomst.
    • 10Artikel 36, 1. van deze Overeenkomst.
    • 11Artikel 53 van deze Overeenkomst
    • 12- op basis van artikel 52, tweede lid, van de Algemene kinderbijslagwet : tegen het bedrag, voorzien in artikel 57, 4), 4°, van de Administratieve Schikking van 1 juni 1970 betreffende de toepassingsmodaliteiten van het Verdrag tussen België en Joegoslavië betreffende de sociale zekerheid van 1 november 1954;
      - op basis van artikel 52, derde lid, van de Algemene kinderbijslagwet : tegen de bedragen opgenomen in de Algemene kinderbijslagwet.
    • 13Zie voetnoot 4.
    Top