Kruimelpad
Hoeveel punten krijgt de leefeenheid?
Tekst
Het aantal punten dat voor een leefeenheid wordt toegekend is bepalend voor de maximum- en minimumgrenzen die gelden voor de leefeenheid. (Art. 41 Groeipakketdecreet)
rij |
punten |
Voor wie |
regelgeving |
1 |
+1 |
Elke leefeenheid ,behalve een alleenstaande leerling en een zelfstandige leerling die geen kinderlast heeft, krijgt een startpunt.(*) |
|
2 |
+1 |
Elke persoon in de leefenheid die fiscaal ten laste is van de inkomensverstrekkers(s) |
|
3 |
+1 |
Elke leerling of student die niet meer fiscaal ten laste is, op voorwaarde dat hij niet in aanmerking komt voor het statuut van gehuwde, zelfstandige of alleenstaande leerling. |
|
4 |
+1 |
Elke persoon binnen deze leefeenheid die op 31/12 van het jaar waarin het schooljaar begint, als gehandicapt wordt aangemerkt (+66%) |
|
5 |
+1 |
Iedereen binnen de leefeenheid (ouder(s) en kinderen ten laste), die hoger onderwijs, BanaBa en ManaMa volgt, krijgt een extra punt. Het verkregen aantal punten wordt verminderd met 1 (**) |
De som in rij 5 mag nooit lager liggen dan 0. (Art. 42, §3, derde lid Groeipakketdecreet)
Het totale aantal punten toegekend aan de leefeenheid mag nooit lager liggen dan 0. (Art. 42, §4 Groeipakketdecreet)
Ter verduidelijking
(*) Het startpunt wordt toegekend per leefeenheid. Je krijgt dus niet voor elke leerling binnen de leefeenheid een startpunt. Er kan dus maximaal 1 startpunt zijn.
(**) Als er binnen de leefeenheid 3 personen zijn die hoger onderwijs volgen krijg je 3 -1 = 2 extra punten voor de leefeenheid.