Kruimelpad
Artikel 18/1 BVR Sociale Toeslagen
Tekst
In afwijking van artikel 4 wordt voor de periode van 1 januari 2019 tot en met 30 september 2019 voor de vaststelling van de inkomsten van het gezin, vermeld in artikel 18, eerste lid, van het Groeipakketdecreet van 2018, de inkomensnotie uit de Algemene kinderbijslagwet, zoals deze geldt tot 31 december 2018, gehanteerd, namelijk:
1° de belastbare inkomsten, voor aftrek van de bestedingen:
a) de beroepsinkomsten:
1) de beroepsinkomsten als werknemer vóór de aftrek van de beroepskosten;
2) de beroepsinkomsten als zelfstandige vermenigvuldigd met factor 100/80;
b) de uitkeringen in het kader van de ziekteverzekering;
c) de werkloosheidsuitkeringen;
d) de pensioenen;
2° de inkomsten die voortvloeien uit een beroepsactiviteit toegekend aan personeelsleden van een Europese of andere internationale instelling, voor hun totaalbedrag, verminderd met de persoonlijke bijdragen voor de door de instelling georganiseerde verzekering voor dekking van sociale zekerheidsrisico's.
Met de volgende inkomsten wordt nog geen rekening gehouden:
1° het leefloon, vermeld in artikel 4, 5° of het equivalent ervan, vermeld in artikel 4, 6° ;
2° de inkomensvervangende tegemoetkoming, vermeld in artikel 4, 4° ;
3° de onderhoudsgelden, vermeld in artikel 4, 2° ;
4° de kadastrale inkomsten, vermeld in artikel 4, 3°.