Geef een zoekwoord in, en selecteer indien gewenst een filter.
Indien je zoekterm bestaat uit meerdere woorden, zet je deze tussen aanhalingstekens (“). Op meerdere termen tegelijk zoeken, kan door het gebruik van een komma.

Informatienota 1993/3: - Toepassing van art. 45 en art. 70 G.W.

    De volgende vraag werd gesteld:

    Een familie bestaat uit de vader, de moeder, een gemeenschappelijk rechtgevend kind, en een rechtgevend weeskind van de moeder. De moeder plaatst haar weeskind in een instelling, het één derde van de kinderbijslag wordt aan haar betaald.
    Mag men de kinderen groeperen daar het hier over verschillende rechthebbenden gaat en daar er volgens de huidige wetsbepalingen geen mogelijkheid bestaat het geplaatste weeskind met zijn halfbroer in het gezin van de moeder te groeperen.

    Antwoord van de Directie Juridische Studiën dd. 26 november 1992. Ref.: E2421/Contr./AV/HB (uittreksel)

    Wij gaan akkoord met uw besluit dat de huidige wetsbepalingen niet toelaten om het geplaatste weeskind met zijn halfbroer in het gezin van de moeder te groeperen, maar wel om een andere reden. Niet de plaatsing op zich vormt een beletsel, maar wel het feit dat niet voldaan is aan de voorwaarden om het principe van de evenredige verdeling toe te passen. Art. 70bis, 4°, S.W.K.L. vereist nl. dat het gaat om meerdere wezen uit hoofde van dezelfde overleden of overlevende persoon. Dit is hier niet het geval.

    Wij willen er nogmaals op wijzen dat CO 1228 niet zo maar een bevestiging is van CO 1225, maar precies een belangrijke uitzondering toevoegt : in alle gevallen dat er evenredig verdeeld wordt, moet het geplaatste kind eerst gegroepeerd worden.

    Deze bepaling is geenszins discriminerend, vermits de geplaatste weeskinderen precies op gelijke voet behandeld worden als de andere geplaatste kinderen (zie art. 70bis, 2°, S.W.K.L.), en dat is de bedoeling van de wetgever.

    Een afstand van voorrangsrecht behoort inderdaad tot de mogelijkheden. Het kind verliest dan weliswaar zijn hoedanigheid van weeskind en dus het genot van de wezenbijslag, maar dit heeft in casu niet meteen gevolgen voor het verschuldigde tarief.

    Top