Geef een zoekwoord in, en selecteer indien gewenst een filter.
Indien je zoekterm bestaat uit meerdere woorden, zet je deze tussen aanhalingstekens (“). Op meerdere termen tegelijk zoeken, kan door het gebruik van een komma.

997/31 van 20 augustus 1997 - Flux A014 - Attest van rechthebbende op een loopbaanonderbrekingsuitkering bestemd voor de sector van de kinderbijslag

    In samenwerking met de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening en de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid stelde de Rijksdienst een nieuw systeem op van geïnformatiseerde overdracht van gegevens in verband met rechthebbende werknemers die een loopbaanonderbrekingsuitkering genieten.

    I. ALGEMEEN

    1. Iedere maand ontvangt u de gegevens in verband met de rechthebbenden in loopbaanonderbreking, samen met de werkloosheidsgegevens.

    2. In principe zal de RVA in oktober 1997, de maand waarin het project van start gaat, de gegevens opsturen van alle personen waarvan in zijn diensten bekend is dat ze een uitkering ontvangen voor een volledige

      loopbaanonderbreking. Deze massale verzending moet beschouwd worden als een aanvangsoplading.

    3. Vervolgens zullen twee types van mededelingen de beheerders maandelijks bereiken:

      • een aanvankelijke mededeling - overeenstemmend met een beslissing van de RVA - met betrekking tot iedere werknemer die een periode van volledige loopbaanonderbreking aanvat;
      • een mededeling ter verbetering, telkens als de situatie van de werknemer in loopbaanonderbreking wijzigt ten opzichte van die van de aanvankelijke mededeling.

      Deze werkwijze van overdracht van gegevens door "inertie" impliceert dus dat er voor een niet terugkerende situatie een enkele mededeling wordt gestuurd. De werkwijze vertrekt dus van het principe dat zolang een fonds geen andere mededeling ontvangt, de basisvoorwaarden van de eerste mededeling vervuld blijven.

    4. De RVA verstuurt enkel voor de personen die hun prestaties volledig onderbreken attesten.

      Voorbeelden:

      1. De heer X werkt 38 uur per week bij werkgever A en onderbreekt zijn prestaties volledig. -> de RVA verstuurt een attest.

      2. De heer Y werkt 38 uur per week bij werkgever Ben onderbreekt zijn prestaties halftijds. -> de RVA verstuurt geen attest.

      3. Juffrouw Z werkt 19 uur per week bij werkgever C en 19 uur per week bij werk gever D.

        Ze onderbreekt haar prestaties bij werkgever D volledig. -> de RVA verstuurt een attest.

    5. Voor ieder attest dat om een of andere reden het betrokken fonds niet bereikt, zal de RVA een "papieren" attest afleveren.

    II. COMMENTAAR BIJ DE ZONES

    De flux met betrekking tot de gegevens over de loopbaanonderbreking is opgevat op dezelfde manier als de fluxen A011 (D997/27) en A200 (D997/30).

    Iedere registratie bestaat uit twee afzonderlijke delen:

    • een prefix die 200 posities omvat
    • het attest dat 300 posities omvat

    Als bijlage vindt u de gedetailleerde technische onderrichtingen in dit verband. De volgende zones zijn klassiek en vergen geen enkele commentaar:

    • INSZ van de betrokken persoon
    • Datum van creatie van het attest
    • Nummer van het attest
    • Nummer van het te annuleren attest

    Voor de andere zones kunnen de volgende opmerkingen een beter begrip en beheersing mogelijk maken van de situaties die zich kunnen voordoen.

    A. CODE BUREAU

    Als bijlage vindt u een gedetailleerde lijst die per werkloosheidsbureau (W.B.) het specifieke nummer, het adres, de naam van de contactpersoon en de telefoon- en faxnummers vermeldt. Net zoals bij de werkloosheidsgegevens, moet ieder contact in verband met een dossier van een rechthebbende in loopbaanonderbreking uitsluitend gebeuren met het bevoegde W.B., waarvan het bureaunummer systematisch in iedere registratie zal voorkomen.

    Er wordt geen record ter verbetering gestuurd indien er enkel van W.B. veranderd is. Indien een persoon in loopbaanonderbreking een verlenging van loopbaanonderbreking aanvraagt, na van adres te zijn veranderd (en van een ander W.B. afhangt), dan zal het nieuwe W.B.- nummer zowel voorkomen op de mededeling ter annulatie als op de mededeling ter verbetering (zie rubriek D.).

    B. AANVANGSDATUM

    De aanvangsdatum duidt de datum aan vanaf wanneer een loopbaa nonderbrekingsuitkering is toegekend.

    Te noteren valt dat er soms een aanzienlijk verschil is tussen de aanvangsdatum van de vergoeding en de creatiedatum van de mededeling. De waarde die in deze zone verschijnt komt overeen met de aanvangsdatum van de vergoeding door de RVA.

    • In geval van hernieuwing van een periode van loopbaanonderbreking moet de aanvangsdatum van de aanvankelijke periode altijd in de mededeling vermeld worden.
    • Indien het gaat om het meedelen van de uitoefening van een bijkomende activiteit, dan moet de aanvangsdatum de datum zijn van de aanvang van de bijkomende activiteit.

    C. EINDDATUM

    Deze zone bevat de datum van de laatste dag van de loopbaanonderbreking.

    Dit gegeven kan een van de volgende data voorstellen:

    • de laatste dag voorzien in het aanvankelijke attest -> indien er geen wijziging of verlenging is van de oorspronkelijk toegekende periode, behoudt de datum vermeld in de registratie al zijn waarde; er moet geen enkel record ter verbetering worden verwacht.
    • de laatste dag van de periode van verlenging, bij een hernieuwing -> het pertinente gegeven is dat van de mededeling ter verbetering.
       
    • een vervroegde einddatum van de periode van onderbreking -> ook hier is het pertinente gegeven dat van de mededeling ter verbetering.
    • het vervroegde einde van een volledige loopbaanonderbreking omdat de werknemer kiest voor een onderbreking aan 1/2, 1/3 of 1/5; ter herinnering, een gedeeltelijke onderbreking geeft geen aanleiding tot een attest A014. -> een mededeling ter verbetering bevat het pertinente gegeven.

    D. AARD VAN HET ATTEST

    Twee waarden zijn mogelijk en verplicht:

    0: oorspronkelijk
    3: annulatie.

    Deze zone is van primordiaal belang, omdat iedere wijziging in de periode van loopbaan- onderbreking (verlenging, vervroegd einde, een wijziging die een we erslag heeft op de toekenningsvoorwaarden van de loopbaanond erbrekingsuitkering), volgens het geval, leidt tot twee of meer mededelingen.

    De volgende voorbeelden illustreren de wijze waarop de flux is opgevat.

    Voorbeeld 1

    - De heer X kreeg een machtiging van de RVA voor een loopbaanonderbreking van 1 september 1997 tot 31 augustus 1998.

    Aanvankelijk record:
    Aard van het attest: 0
    Code bureau: 61
    aanvangsdatum: 19980901
    Einddatum 19980831
    Nummer van het attest: A (= 15 Feitelijke numerische posities)
    Nummer van het te annuleren attest: (= blanco)

    - In de loop van het jaar 1998 vroeg en verkreeg dezelfde werknemer een verlenging van de periode van loopbaanonderbreking van een jaar, van 1 september 1998 tot 31 augustus 1999. Ondertussen is hij van adres veranderd, en verliet de streek van Hoei om zich in
    Charleroi te vestigen.

    Het principe van de flux wil dat er twee bijkomende mededelingen verstuurd worden, een eerste om de oude situatie te annuleren, en een tweede met de nieuwe gegevens, als volgt:

    Eerste record
    Aard van het attest: 3
    Code bureau: 52
    Aanvangsdatum: 1997 09 01
    Einddatum: 1998 08 31
    Nummer van het attest: B (= 15 numerische posities)
    Nummer van het te annuleren attest: A (= nummer in 15de positie van het aanv. record)
    Tweede record
    Aard van het attest: 0
    Code bureau: 52
    Aanvangsdatum: 1997 09 01
    Einddatum: 1999 08 31
    Nummer van het attest: C (= 15 numerische posities)
    Nummer van het te annuleren attest: (= blanco)

    Voorbeeld 2:

    - Om persoonlijke redenen beëindigt de heer X vervroegd zijn loopbaanonderbreking, op 30 november 1998 (aanvankelijke hernieuwing voorzien van 1 september 1998 tot 31 augustus 1999).

    Er worden twee mededelingen verstuurd:

    Eerste record
    Aard van het attest: 3
    Anvangsdatum: 1997 09 01
    Einddatum: 1999 08 31
    Nummer van het attest: D (= 15 numerische posities)
    Nummer van het te annuleren attest: C (= nummer van de tweede van punt 1)
    Tweede record
    Aard van het attest 0
    Aanvangsdatum: 1997 09 01
    Einddatum: 1998 11 30
    Nummer van het attest: E (= 15 numerische posities)
    Nummer van het te annuleren attest: (= blanco)

    Voorbeeld 3

    - De heer X die aanvankelijk voorzien had om zijn loopbaan bij werkgever Z voltijds te onderbreken, doet dit slechts halftijds, terwijl de RVA reeds een aanvankelijk attest verstuurde.

    Er moet een enkel record verstuurd worden, met dezelfde gegevens als in de aanvankelijke registratie, behalve dat:

    • de zone "aard van het attest" voorzien wordt van een "3";

    • de zone "nummer van het te annuleren attest" het nummer van 15 numerische posities van de aanvankelijke registratie moet vermelden.

    In de praktijk volgen er twee mededelingen in geval van wijziging. Indien het fonds maar een mededeling ter annulering ontvangt, dan betekent dit eenvoudig dat het aanvankelijke record als nietig moet beschouwd worden.
    Te noteren valt eveneens dat het verschijnen van het cijfer 3 in de zone "aard van het attest" betekent dat de zone "nummer van het te annuleren attest" verplicht moet ingevuld worden en het nummer moet vermelden van het aanvankelijke attest - in vijftien numerische posities- dat moet geannuleerd worden.

    E. CODE VAN DE BIJKOMENDE ACTIVITEIT

    Dit is een verplichte code die aanduidt of een rechthebbende werknemer in loopbaanonderbreking al dan niet een bijkomende activiteit uitoefent als zelfstandige.

    Mogelijke waarden:

    1 = bijkomende activiteit als zelfstandige
    0 = andere situaties.

    In de praktijk worden er drie mededelingen verstuurd wanneer een rechthebbende een bijkomende activiteit aanvat tijdens zijn loopbaanonderbreking:

    1. Annulering van de aanvankelijke situatie.
    2. Nieuwe situatie, periode voorafgaand aan de bijkomende activiteit.
    3. Nieuwe situatie, periode vanaf het begin van de bijkomende situatie. Het laatste record moet als aanvangsdatum de datum opgeven waarop de bijkomende activiteit werd aangevat.

    III. SLOTOPMERKINGEN

    • Iedere anomalie die wordt vastgesteld moet onmiddellijk gesignaleerd worden.

    • Met het oog op een permanente evaluatie van de flux zijn alle suggesties of opmerkingen welkom.

    Top