Kruimelpad
997/33 van 17 april 1998 - Flux A015 afkomstig van de RVA - Attest betreffende de kinderen die na de wachttijd een aanvraag om werkloosheidsuitkeringen indienen
Tekst
In samenwerking met de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening en de Kruispuntbank van de sociale zekerheid stelde de Rijksdienst een nieuwe flux op die operationeel zal zijn vanaf 1 juni 1998 (gegevens betreffende de maanden april en mei 1998).
Het betreft hoofdzakelijk de jonge werkzoekenden die na de wachttijd (de toekenningsperiode voor de sector van de kinderbijslag) een aanvraag om werkloosheidsuitkeringen indienen. Vanaf de maand juni 1998 zal de R.V.A. via de flux "A015" alle gegevens doorsturen nodig voor het geldig of ongeldig maken van de kinderbijslag betaald vanaf de datum van inschrijving als werkzoekende.
I. ALGEMEEN
-
De flux is maandelijks. De gegevens zullen doorgestuurd worden samen met die van de fluxen A011 en A014, en volgens dezelfde syntaxis als deze laatste.
-
De flux betreft enkel de rechtgevende kinderen die een aanvraag om werkloosheidsuitkeringen indienden. Iedere voortijdig ingediende aanvraag wordt door de R.V.A. van ambtswege afgewezen en leidt niet tot een mededeling. Wanneer een werkzoekende geen aanvraag om werkloosheidsuitkeringen indient wordt er over hem dus geen enkel gegeven doorgestuurd.
-
De flux heeft een dubbel doel:
a) het meedelen aan de kinderbijslaginstellingen van de datum vanaf wanneer een werkzoekende recht heeft op werkloosheidsuitkeringen (zie art. 4, §5 van K.B. van 12 augustus 1985);
b) toelaten om na te gaan of de jongere al dan niet voldoet aan de voorwaarden van het art. 36 van K.B. van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering (zie art. 1, §1, 2, §1, 2bis, §1 van K.B.van 12
augustus 1985).
-
De gegevens zijn gekwalificeerd. Enkel de R.V.A. heeft de reglementaire bevoegdheid om een beslissing te nemen over het recht op werkloosheidsuitkeringen.
-
De flux betreft de rechtgevende kinderen en de rechthebbenden (zie voor deze laatsten art. 56sexies, G.W., exclusieve bevoegdheid van de R.K.W.).
II. ZONES EN COMMENTAAR
De mededeling, van hetzelfde type als die gebruikt voor de fluxen "A011" en "A014", bestaat uit twee delen.
- de prefix, die 200 posities omvat
- het attest zelf, dat 300 posities omvat
A. PREFIX
In het gedeelte "prefix" - gebruikt voor de routering van de informatie - verschijnt systematisch een datum die negen maanden voor de datum van de aanvraag om werkloosheidsuitkeringen valt. De attesten zullen dus het bevoegde fonds bereiken, zelfs indien het recht op kinderbijslag is opgeschort of afgesloten tijdens de toekenningsperiode.
B. ATTEST A015
De volgende zones vergen geen commentaar :
-
INSZ
-
Nummer van het attest
-
Datum van creatie van het attest
-
Nummer van het werkloosheidsbureau (dit zijn dezelfde codes als die opgenomen in de bijlage van de omzendbrief D997/31/BI/FDC).
Andere zones
1. AARD VAN HET ATTEST
De R.V.A. verstuurt nooit duplicaten. Het laatste attest, in chronologische volgorde, is het enige geldige. Eventueel geldt het als een verbetering van het voorgaande attest. Aan de hand van de zone "datum van creatie van het attest" kan men precies bepalen welk attest het laatste is.
2. BEGINDATUM VAN HET RECHT OP WERKLOOSHEIDSUITKERINGEN
Dit is een facultatief gegeven. Als deze zone ingevuld is, kan de zone van punt 3 dit niet zijn. Deze zone betreft enkel de personen die een aanvraag om werkloosheidsuitkeringen
indienden, die ontvankelijk is verklaard en waarvoor de R.V.A. een beslissing heeft genomen.
Het feit dat er een datum voorkomt in de zone betekent dat de voorwaarden van art. 36 van K.B. van 21 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering zijn vervuld uit hoofde van het kind.
Het spreekt vanzelf dat wanneer een jonge werkzoekende een winstgevende activiteit heeft aangevat (bijvoorbeeld een arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur) er geen mededeling wordt verstuurd.
3. DATUM VAN WEIGERING VAN DE WERKLOOSHEIDSUITKERINGEN
Deze zone vormt een aanvulling bij die van punt 2.
Ze bevat de datum waarop de werkloosheidsuitkeringen geweigerd werden, aangezien de aanvrager niet voldeed aan een van de bepalingen van artikel 36 van K.B. van 21 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering.
Voor de uitzonderlijke gevallen van weigering gebaseerd op een andere bepaling dan die van artikel 36 wordt geen gegeven doorgestuurd. Het betreft voornamelijk buitenlandse studenten, ingeschreven als werkzoekende, die op basis van hun nationaliteit geen recht hebben op werkloosheidsuitkeringen (bv. Zwitsers, Amerikanen...)
III. SLOTOPMERKINGEN
(...)
Met het oog op een permanente optimalisering van de flux, worden de gebruikers verzocht om al hun opmerkingen en suggesties te richten aan het Departement Controle van de Rijksdienst.