Informatienota 1990/8: - Onderbreking van de beroepsloopbaan. - Hoofdstuk IV van de herstelwet van 22 januari 1985 houdende sociale bepalingen.
Tekst
Sommige rechthebbenden die hun beroepsloopbaan onderbreken, zouden een beroepsactiviteit als loontrekkende uitoefenen.
Ten einde te kunnen bepalen op welke wijze de kinderbijslag moet worden uitgekeerd verzochten wij de RVA ons volgende inlichtingen te verstrekken.
A. Voor rechthebbenden op een onderbrekingsuitkering die tewerkgesteld zijnde in de privé-sector hun loopbaan onderbreken
- Is een activiteit als werknemer toegelaten tijdens de periode van onderbreking van de beroepsloopbaan en eventueel onder welke voorwaarden?
- Welke zijn de eventuele geldelijke gevolgen op het vlak van het recht op een onderbrekingsuitkering?
B. Voor rechthebbenden op een onderbrekingsuitkering die tewerkgesteld zijnde in de openbare sector hun loopbaan daar onderbreken
- Zelfde vraag als onder A.
- Zelfde vraag als onder A.
Antwoord dd. 15 maart 1990 van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening. Ref.: 309/DW/888 (uittreksel)
In antwoord op uw bovenvermeld schrijven, deel ik U mede dat de onderbrekingsuitkeringen slechts kunnen gecumuleerd worden met de inkomsten uit een nevenactiviteit in loondienst die reeds werd uitgeoefend voor de loopbaanonderbreking op voorwaarde dat deze activiteit niet wordt uitgebreid gedurende de loopbaanonderbreking (verhoging van het aantal arbeidsuren).
Wat de inkomsten uit deze bijkomende activiteit betreft, is er geen plafond of vermindering van de onderbrekingsuitkeringen voorzien.
Deze reglementering is zowel geldig voor de rechthebbenden op een onderbrekingsuitkering uit de privé-sector als uit de openbare sector. Er dient voor de ambtenaren echter wel rekening gehouden te worden met hun statuut en met de cumulatieregels in de openbare diensten.